Het weer van vanmorgen stond in een schril contrast met dat van vorige week. Dreigende regen, wat mistig en een beetje doods. Zoals gebruikelijk in deze covidperiode gingen we op weg in groepen van vier.
We liepen deze keer eerst over allerlei paadjes in de bosjes die naast het Wed waren gelegen. Er was weinig te zien. Geen vogel te horen. De paddenstoelen waren weer vertrokken. We zagen op een gegeven ogenblik twee paarden die niets anders deden dan gras eten. Dat doorbrak de sleur. We wandelden met zijn vieren op een pad dat we in de afgelopen periode maar één keer hadden gelopen en ook nog in omgekeerde richting. Een mooi landschap konden we ons herinneren, nu was het overal even grijs. Gelukkig wist onze gids precies de weg want anders… Af en toe kruisten smalle paadjes het bredere voetpad. Je kon zien dat er nogal wat herten overheen hadden gelopen, nu geheel onzichtbaar verborgen in de lage bosjes. Een enkele keer waren er vogels te zien, welk soort was niet na te gaan. Op een gegeven ogenblik ging het ook nog regenen. Lang genoeg om aardig nat te worden. Op de terugweg kwamen we weer de paarden tegen, het bleken er nu vijf te zijn. Ze hadden blijkbaar met veel plezier alleen maar gegeten in het uur dat wij hadden gewandeld. Toch een aardige wandeling, toch?
- Wat vonden de paarden ervan?
- De hele weg met vier, hopelijk kunnen we weer spoedig met de hele groep wandelen.
- Mistig en grijs, de hele weg.
Recente reacties